|
|
Mariakerk te Vollenhove
Een interessante klus waar Herman zich als orgeladviseur mee bezig heeft gehouden, is de restauratie van het orgel in de Mariakerk te Vollenhove. De complexe orgelgeschiedenis van de Mariakerk begint in 1849, toen een huisorgel werd geschonken door oud-burgemeester Jacobsen. Om het orgel meer geschikt te maken voor de kerk werd het in 1854 omgebouwd door C.F.A. Naber, een van de bekendste orgelbouwers uit die tijd. Hij verving alle pijpen door nieuwe. Het orgel had destijds 1 manuaal en aangehangen pedaal. Bij een kerkrestauratie in 1911 werd een voor Nederland uniek Westfaals front uit de 18de eeuw voor het huisorgel geplaatst, dat afkomstig was uit de Rooms Katholieke Kerk te Denekamp, maar oorspronkelijk was gebouwd voor een katholieke schuurkerk in Oldenzaal. In 1918 verdween het huisorgel om plaats te maken voor het hoofdwerk van het Garrels-orgel uit de Oud-Katholieke Kerk te Den Haag, dat achter het Westfaalse front werd geplaatst.
In 1962 werd door de Zwolse orgelbouwer R. Kamp (mogelijk verre familie...) een orgel gebouwd voor de voormalige Gereformeerde Kerk in Vollenhove met 2 manualen en vrij pedaal. Hij gebruikte daarvoor het pijpwerk van het vorige orgel aldaar, waarvan de herkomst onbekend was.
In 1981 werd de Mariakerk verkocht aan de Gereformeerde gemeente. Bij die gelegenheid keerde het hoofdwerk van het Garrels-orgel terug naar Den Haag, in de oorspronkelijke kerk, en werd het orgel uit de voormalige Gereformeerde kerk overgebracht naar de Mariakerk door de firma Kaat en Tijhuis uit Kampen, waar het een plaats vond achter het nog aanwezige Westfaalse front. Ook werden toen sprekende frontpijpen aangebracht. In 2010 is besloten dit orgel te restaureren, enerzijds vanwege slijtage en een minder goede aanleg van mechanische onderdelen, anderzijds omdat het orgel te bescheiden van klank was voor de kerkruimte (de oude Gereformeerde Kerk was een stuk kleiner). Uit het pijponderzoek dat Herman in het kader van de restauratie heeft verricht, bleek dat het orgel uit de voormalige Gereformeerde Kerk het verdwenen huisorgel uit de Mariakerk was, en dat het pijpwerk van dit orgel dus in 1981 feitelijk weer is teruggekeerd naar de Mariakerk. Dit betekent ook dat de kern van het huidige orgel bestaat uit 6 registers van C.F.A. Naber, vrijwel het gehele toenmalige huisorgel. Dit gegeven heeft de richting bepaald voor de keuzes die bij de restauratie gemaakt zijn.
|
|
De oude dispositie luidde als volgt:
|
Hoofdwerk(I):
Prestant Roerfluit Prestant Octaaf Mixtuur
|
8' 8' 4' 2' 3 st
|
a b a a c
|
Nevenwerk (II):
Holpijp Viola Fluit Quint Gemshoorn Terts Tremulant
|
8' 8' 4' 2 2/3' 2' 1 3/5'
|
ac b a a c c
|
Pedaal:
Subbas
Speelhulpen:
Koppel HW-NW Koppel P-HW Koppel P-NW
|
16'
|
b
|
Samenstelling Mixtuur:
C: 2 - 1 1/3 - 1 c': 2 2/3 - 2 - 1 1/3 c''': 4 - 2 2/3 - 2
Herkomst registers:
a: Naber, 1854 b: Sanders, 1918 c: Kamp, 1962
Technische gegevens:
Manuaalomvang: C-g''' Pedaalomvang: C-d' Toonhoogte: a'=446 Hz Winddruk: 75 mm
|
Lees over het orgel na de restauratie onder de foto's.
|
Pijpwerk orgel Mariakerk Vollenhove voor de restauratie
|
Detail orgelfront Mariakerk Vollenhove
|
Speeltafel orgel Mariakerk Vollenhove voor de restauratie
|
De c' pijpen van de Prestant 8', Holpijp 8', Octaaf 4', Fluit 4', Quint 2 2/3' en Octaaf 2', allemaal originele Naberpijpen.
|
In 2012 is het instrument geheel gerestaureerd door de firma Nijsse uit Oud-Sabbinge, Zeeland. De inwendige aanleg van het orgel is geheel vernieuwd; er zijn nieuwe balgen, mechanieken en windladen aangebracht, en er is een nieuwe speeltafel gemaakt. Ook is de orgelkas versmald, zodat deze bij het front aansluit. Alle registers die door Naber zijn gemaakt, zijn nu weer op 1 manuaal, het hoofdwerk, geplaatst. De oude Roerfluit hoofdwerk en Subbas pedaal, die in het verleden hoogstwaarschijnlijk een Bourdon 16' geweest zijn, zijn weer als Bourdon op het hoofdwerk teruggekeerd. Daarnaast heeft het hoofdwerk een nieuwe Mixtuur gekregen, die in samenstelling aan Naber is aangepast. Pijpen uit de oude Mixtuur zijn daarvoor opnieuw gebruikt. Doordat de winddruk, die in het verleden hoger is gelegd, nu weer iets verlaagd is, laten de Naberpijpen hun oorspronkelijke karakter meer horen. De intonatie hoefde daarvoor niet gewijzigd te worden. De Bourdon en de Mixtuur op het hoofdwerk zijn bij dit Naber-klankbeeld passend geintoneerd.
Op het nevenwerk werden de registers aangevuld die naar het hoofdwerk verplaatst zijn. Ook is een Dulciaan toegevoegd. Het instrument, dat op deze wijze iets is uitgebreid, voldoet beter in de ruimte dan in de oude situatie, die nog was gebaseerd op de kleinere voormalige Gereformeerde Kerk aan de Kerkstraat. De registers die op het nevenwerk geplaatst zijn, komen uit het voormalige orgel van de Moriakerk te Emmeloord. Ook het nieuw aangelegde pedaal, dat in een aparte kas achter de hoofdkas is geplaatst, is samengesteld uit pijpwerk uit het Emmeloordse orgel. De Fagot heeft van 1994 tot 2011 dienst gedaan in de Gereformeerde Kerk te Rinsumageest. De heringebruikname van het gerestaureerde orgel heeft plaatsgevonden op 19 oktober 2012. Opvallend is dat op dit orgel een grote verscheidenheid van repertoire uitstekend vertolkt kan worden. Voor gedetailleerde informatie, kunt u het Eindrapport van de restauratie lezen.
|
De huidige dispositie is als volgt:
|
Hoofdwerk (I):
Prestant Bourdon Holpijp Octaaf Quint Fluit Octaaf Mixtuur
|
8' 16' 8' 4' 3' 4' 2' 3-4 st
|
a/d b a/c a a a a e/c
|
Nevenwerk (II):
Gedekte fluit Viola di Gamba Roerfluit Quintfluit Gemshoorn Terts Dulciaan
|
8' 8' 4' 3' 2' 1 3/5' 8'
|
e b e e c c f
|
Pedaal:
Subbas Prestant Fagot
Speelhulpen:
Klavierkoppel Koppel P-HW Koppel P-NW Tremulant gehele orgel
|
16' 8' 16'
|
f e/f
|
Samenstelling Mixtuur:
C: 2 - 1 1/3 - 1 c: 2 2/3 - 2 - 1 1/3 - 1 c' 4 - 2 2/3 - 2 - 1 1/3 c'': 5 1/3 - 4 - 2 2/3 - 2
|
Herkomst registers:
a: Naber, 1854 b: Sanders, 1918 c: Kamp, 1962 d: Kaat en Tijhuis 1981 e: Nijsse/Elbertse 1949 f: Nijsse/Verschueren 1961
|
Technische gegevens:
Manuaalomvang: Pedaalomvang: Toonhoogte: Winddruk manualen: Winddruk pedaal: |
C-g''' C-d' a'=440 Hz 70 mm 85 mm
|
Speeltafel Mariakerk Vollenhove na de restauratie
|
Pijpwerk Mariakerk Vollenhove. Links Hoofdwerk: Bourdon 16' (paar pijpen), Holpijp 8', Octaaf 4', Quint 3', Fluit 4', Octaaf 2' en Mixtuur, rechts iets verhoogd Nevenwerk: Gedekte Fluit 8', Viola 8', Roerfluit 4', Quintfluit 3'(conisch), Gemshoorn 2', Terts 1 3/5'. Rechts boven in de hoek zijn nog een paar bekers van de Dulciaan zichtbaar. |
|
|